Stel een vraag of zoek een energieterm
Laadmodi bepalen hoe het elektrische voertuig en de laadstructuur onderling communiceren. Er bestaan verschillende laadmodi naargelang van het laadvermogen.
| NB: Sommige voorschriften die worden vernoemd in dit artikel zijn eigen aan het Brussels gewest. De geldende regels kunnen verschillen naargelang van het gewest waar u woont. |
Bij deze laadmodus is het elektrische voertuig aangesloten op een gewoon stopcontact. Er is geen communicatie tussen het voertuig en de laadinfrastructuur.
Concreet: er is geen sprake van controle van de belasting of beveiliging. In Brussel is laadmodus 1 om uw elektrisch voertuig op te laden dan ook verboden.
Bij laadmodus 2 gebeurt het opladen aan de hand van een huishoudelijk stopcontact met een specifieke kabel met een beveiligingssysteem. Dat kastje houdt toezicht over de belasting om het risico op oververhitting of overbelasting te voorkomen. Net als een laadpunt, kan het communiceren met het elektrische voertuig om zo de aansluiting veilig te stellen.
Wilt u een laadsysteem modus 2 in alle veiligheid installeren, dan moet u rekening houden met meerdere factoren:
Met laadmodus 2 gaat het laden iets sneller dan met laadmodus 1. Die methode wordt evenwel niet aangeraden voor het opladen van elektrische voertuigen. Opgelet: vanaf 1 januari 2025 is het installeren en gebruiken van ‘modus 2’-laadpunten in Brussel verboden voor nieuwbouw of na diepgaande renovatiewerken.
Modus 3 is de oplossing die wordt aanbevolen voor de meeste elektrische voertuigen. Bij laadmodus 3 wordt het elektrische voertuig voorzien van wisselstroom (AC) via een laadpaal die rechtstreeks is aangesloten op de elektriciteitsmeter door een specifieke stroomkring. Het voertuig zet de wisselstroom om in gelijkstroom (DC) voor het opladen van de batterijen. De stroomkring voorziet enkel uw voertuig van stroom en gaat dus niet naar andere apparaten.
Met laadmodus 3 kunt u uw wagen slim opladen. De laadpaal en het voertuig communiceren onderling om het laadvermogen in realtime aan te passen aan de hoeveelheid beschikbare stroom. Een ‘modus 3’-laadpaal zorgt naargelang van uw aansluiting voor een vermogen dat aanzienlijk hoger is dan dat van een gewoon huishoudelijk stopcontact.
| Tip! Sibelga heeft een simulator ontworpen waarmee u makkelijk de laadtijd van uw voertuig kunt berekenen. |
Laadmodus 4 maakt gebruik van gelijkstroom (DC) om de batterij van het voertuig rechtstreeks op te laden. Gewoonlijk zijn snelle laadstations in de openbare ruimte daarmee uitgerust, bv. langs de autosnelweg of op parkings.
De snelle laders moeten verplicht aangesloten zijn op een hoogspanningscabine. Door de hoge stroomintensiteit die ze leveren kunnen ze in principe 80% van de actieradius van een elektrisch voertuig tot stand brengen in minder dan 30 minuten. Ze zijn dus de geknipte oplossing wanneer u af en toe uw voertuig moet opladen of wanneer u geen toegang hebt tot een privéparking.
De snelle laadpalen maken gebruik van specifieke kabels en connectoren omdat ze een hoog vermogen aanleveren. Ze bieden gewoonlijk ook laadmodus 3 aan voor voertuigen die niet uitgerust zijn voor laadmodus 4.
Om de juiste laadmodus voor uw elektrische voertuig te kiezen, moet u dus rekening houden met het type stopcontact van uw voertuig. Controleer ook het vermogen en het type aansluiting op het elektriciteitsnet.
Wenst u bij u thuis een laadpaal te instaleren? Dan raden wij u aan om een professional in de arm te nemen. Zo bent u zeker dat uw installatie voldoet aan alle veiligheidsvoorschriften.
In Brussel kunnen de facilitatoren van Leefmilieu Brussel u eveneens begeleiden bij het in kaart brengen van uw behoeften en het ontwerp van het project.
Schrijf je in op onze nieuwsbrief en krijg maandelijks praktische energieweetjes.
Het antwoord op al uw energievragen in Brussel
